Over leven of sturen
Het leven is te vergelijken met een trein, waarmee je een reis maakt door de wereld. Je kunt ervoor kiezen om in een wagon te zitten en te genieten van de reis. Of je tijd door te brengen in de stuurkamer, en de hele tijd na te denken over waar je naartoe wilt. Je leven vullen met een valse voldoening van controle. Want hoe veel controle heb je daadwerkelijk als je alleen maar kunt schakelen tussen een aantal vaste rails?
Op dit punt in mijn leven weet ik eerlijk gezegd niet welke positie nou beter is. Wanneer je ervoor kiest om reiziger van het leven te zijn geef je jezelf de mogelijkheid om verrast te worden. Je hebt geen idee wat je allemaal zult zien door het raam. Welke medepassagiers zich zullen voegen in jouw wagon. Maar je zult wel moeten omgaan met een totale overgave aan wat het leven jou te brengen heeft. En dat kan spannend of overweldigend zijn. Want wat nou als je alleen maar ellende ziet vanuit jouw raam?
Als machinist heb je dus enigszins de optie om te kiezen tussen verschillende routes. Navigeer je door een vooraf ingerichte routekaart van rails. Kun je kiezen op welke stations je stopt en voor hoe lang. Wie er in mag stappen en wie er vooral ook uit moet. Maar ook daar hangt een keerzijde, de keuzes kunnen beperkt lijken. Waardoor het leven benauwend en weinig verrassend kan lijken.
Maar, misschien zijn we wel allebei? Machinist en reiziger. Wisselen we continue van zitplaats. Al heb ik wel het idee dat mensen primair het een of de ander zijn, als een soort default modus. De reiziger is één met de flow van het leven, ontvangt alles dat het leven hen brengt met open armen. Kijkt, observeert, voelt en geniet. Stippelt geen route uit, maakt geen harde bochten. De reiziger laat zich leiden door gevoel en is vooral bezig met leven en laat ruimte voor alles, goed en slecht, dat het leven schenkt.
De machinist stuurt, beweegt vooral vanuit ratio. Maakt bewuste keuzes en past zich aan. Denkt alvast na over de volgende afslag en welke stations er gepasseerd zullen worden. Welke mensen er wanneer moeten instappen en welke meegaan tot het eindstation. Het leven voor de machinist draait om de eindbestemming. Terwijl de reiziger vooral bezig is met de reis.
Ik? Ik ben vooral machinist, tevreden met het feit dat ik een keuze heb tussen de verschillende routes. Het is een fijn idee om te geloven dat je geen slachtoffer van het leven bent, dat dingen je niet alleen maar overkomen. Maar ik beoefen wel een dagelijkse iteratie om de hoop op de mogelijkheid ‘dat er nieuwe rails toegevoegd kunnen worden’. Om niet vast te houden aan doemscenario’s wanneer het leven me even niet mee zit. Daar komt de reizigers mentaliteit goed van pas.
De reiziger in mij gelooft dat er nog genoeg routes te ontdekken zijn, genoeg ruimte voor verrassing is. Dat ik de keuze heb om een beetje te sturen en niet alles al voor me bepaald is. Dat het leven geen boek is waarvan ik het plot te vroeg heb ontdekt. Maak ook tijd om er ook bewust voor te kiezen om af en toe de trein in te lopen, om te zien wat zich daar allemaal heeft verzameld. De herinneringen, de mensen. Om momenten te creëren waarop ik eventjes uit het raam kijk en geniet van alles dat aan me voorbij gaat. Al het moois dat de wereld mij wilt laten zien, dat een onderdeel van mij is.
Uiteindelijk draait het allemaal om balans en ben ik toch allebei. Om grip te houden op het leven en bewuste keuzes te maken ‘stuur’ je het leven, maar al dit werk is het alleen waard wanneer je momenten neemt om eventjes reiziger te zijn en te genieten van de reis. Van het leven.